zaterdag 29 september 2012

Oops.



Akkoord. Ze zijn eenheidsworst, ondertussen serieus gedateerd en ik heb al gelijkaardige exemplaren op de schoenenplank. Maar daar waren ze dan en ik weet werkelijk nog steeds niet wat me bezielde toen ik zonder nadenken op de 'bieden'-knop drukte. Al wonnen de pro's het van de contra's: slechts een keer gedragen, intact, met nieuwe zooltjes van de schoenmaker, voor minder dan de helft van de prijs en (met hun niet meer te verkrijgen kleur) bijna vintage. En geen kat die ze wou. Toch stuiterde mijn hart zowaar uit mijn ribbenkast, tijdens de laatste seconden. Noem het serendipiteit want nu heb ik ze dan toch, ben uitzinnig van blijdschap en beloof plechtig ze te dragen tot het bittere eind. Tot het slechts lubberende sokjes zijn waarvan ik me afvraag of ze al dat geld ooit waard zijn geweest. Maar voor nu: hiep hoi!

zaterdag 22 september 2012

Long time no see.

        
 1/ De tuin, waar de zon gezwind achter de bomen zakt en de wilde kastanje ongemerkt gelig bruin is geworden. 2/ Het dorp, waar gratis pensen en sappige roddels het volk tot sluitingstijd richting de kleine zelfstandige stuwen, en ik mezelf per fiets langs bijna vervlogen herinneringen gids. 3/ De warme stoffen, die nu eindelijk officieel de kast uit mogen. 4/ De oubollige bloemen, die door de eerste dampen van de chauffage verwoed openknallen en geuren. 5/ De tweedehands verkoopsite, die me dan toch dat ultieme paar schoenen schonk.

Of hoe die eerste herfstdagen in milde vreugde werden doorgebracht.

woensdag 19 september 2012

Walking dinner.

The Row s/s 2013
't Is fijn mensen kijken in en rond een restaurant. Interessanter dan wat er soms op het bord voor je bij elkander ligt gekwakt. Wat anderen eten, hoe ze dat doen (gedistingeerd, spontaan of boertig), hoe ze praten met hun eetpartners en als ze zwijgen: wat daar dan de reden van mag zijn (echtelijke ruzies, verveling of sprakeloosheid door een guerrilla van de smaakpapillen). Het blijven intrigerende tableaux vivants. Vaak bevestigen de tafelmanieren in wat voor soort etablissement men op dat moment gezeten is. Wat dat nog meer doet: de kledij. Bovenstaande silhouetten zul je nu niet meteen tegenkomen langs de  aanschuifbalkjes van Lunch Garden of Ikea Food. Ze werden dan ook niet vervaardigd om bespat te worden met stukken köttbullar of goedkope kroketten. Zij die de cashflow hebben, dragen dit soort Arabisch aandoende gewaden enkel om moleculaire flarden voedsel met Pieper Heidsieck te nuttigen. Om te paraderen rond kristallen lusters en eikenhouten tafels met zijden tafellakens. Dit is hoe Jasmine (Alladins bitch) eens goed zou gaan eten in de Comme Chez Soi anno 2012 (in dit geval: 2013). Mocht ik BFF zijn met de geest in de lamp, wenste ik (behalve een bodemloos vet spaarvarken en een goudspuitende fontein in  de achtertuin) mezelf daar voor een keertje tegenover, in gelijkaardige luxueuze knisperstoffen. Al was het maar om te zien hoe the rich and famous eten, praten of zwijgen. Als mode doet dromen, dan is dit er eentje om te onthouden. En dat is knap van die twee blonde lilliputters uit Hollywood.

zondag 16 september 2012

Manhattan Manteau.


Woody Allen en diens hersenspinsels op seventies pellicule trotseert men slechts op zeldzame momenten. Benodigdheden: alertheid, een uitgeslapen geest en de onverklaarbare goesting in anti-Hollywoodiaans vertier. Verrukkelijke spitsvondigheden ("You think you're God!"/"Well, I gotta model myself after somebody.") en een vintage Meryl Streep zijn nochtans beloningen genoeg voor een derde keer 'Manhattan'. Met de masculiene mantel die vandaag de mijne werd (leve de rommelmarkt en leve Gerlins overtuigingskracht) waan ik me voortaan Diane Keaton als Mary in New York County. Zonder worstvormige hond, een zwak voor schriele mannetjes en dat pseudo-intellectuele gezwets weliswaar. 

vintage jas / comptoir des cotonniers top + broek / zara pumps / cos riem

maandag 10 september 2012

Sweatshop deluxe.

versch // strootloos haar x burberry prorsum x reversible zara x zara

Dan heb ik eens een duur stuk stof in de kast hangen, lijkt dat gedoemd nooit het daglicht te zullen zien. Liquide goedjes, scherpe voorwerpen en mijn aangeboren lompheid zijn factoren genoeg voor ontbindingsgevaar. Maar dan is er zoiets als het lifestyle event. Mijn bekendheid reikt niet ver genoeg om persoonlijk te worden uitgenodigd voor dat soort decadentie, maar met een schoonbroer die naar glamour geriekt liggen zo'n dingen enigszins binnen handbereik. Aanvankelijk hielden garderobestress en geveinsde desinteresse me nog thuis houden van dat soort griezelig glitterende feestjes. Tot ik op een keer ontdekte dat er mensen waren die het aandurfden in hun dagelijkse kloffie op zo'n rooie loper te gaan staan. De wereldberoemde quote van I. Marant indachtig ("If a French girl has to go out, she is going to start by dressing up, then at the last minute, she's going to grab the old jeans that she was wearing all day and say, "F*** it! I feel more me like this.") kan ik in casual chic zwart elk gala aan. Bekende koppen incluis. Want dat dat soort mensen ook last hebben van slecht zittende korsetten, teenverkrachtend schoeisel en sputterende smalltalk wordt na elke partycrash weer eens bevestigd. Al benijd ik het gros wegens perfect zittende helmbossen en matgepoederde gezichten. Dankzij die nagelnieuwe sweater stroomde het zout me namelijk in wild kolkende rivieren van het gelaat en wist mijn froefroe niet waar eerst springen. En toch wist ik de vrolijkheid zelve te blijven. Staarde ongegeneerd naar de paradepaardjes rondom, neuriede mee met de catwalkhits en gaf ongezouten commentaar op glitterbroeken, luipaardprints en rondborstige (echt of niet?) types van de teevee. Na vijf rondes langs de hapjeshoek en een kuip champagne of drie ontsluierde ik het geheim achter mijn rok (die eigenlijk een omgekeerde jurk was) aan enkele toevallige passanten. Maakte ik er een sport van door het beeld van de doldraaiende camera's rondom te lopen. En luisterde ik gespeeld aandachtig naar de slaapverwekkende avonturen van een niet nader genoemde tv-kok.


Ohja, de trends, die spotte ik ook. Voor een glamoureuze winter gaat u best voor kleurboekensembles in mosterdgeel, wijnrood, flessengroen of helblauw (Essentiel). Voor 7/8 zijden broeken met boemenprint (Sandrina Fasoli), een jurk die wel een jas lijkt en omgekeerd (Joanne Vanden Avenne), een grijze gestapomantel (Tim Van Steenbergen), Daltonoutfits (Black Balloon). Afgewerkt met kilo's bont of hier en daar een franje ex-dier. Al is dit slechts een greep uit het aanbod. Voor een objectiever verslag kijkt u hier, hier of hier.

maandag 3 september 2012

Kenopsia.

 n. the eerie, forlorn atmosphere of a place that’s usually bustling with people but is now abandoned and quiet—a school hallway in the evening, an unlit office on a weekend, vacant fairgrounds—an emotional afterimage that makes it seem not just empty but hyper-empty, with a total population in the negative, who are so conspicuously absent they glow like neon signs. (the dictionary of obscure sorrows)
byron bay, australia by sweet bird of youth
robert kinmont - 'my favorite dirt roads' (1969)

Weemoed is een vreemde hersenkronkel. De mijne kent pieken en dalen, maar steekt al te vaak (en vooral: ongepast) de kop op. Vreugdevragende ogenblikken beantwoord ik met een angstwekkend overtuigende inkeer in mezelf, magische stiltes eindigen dan weer in mineur dankzij mijn pijnlijk nuchtere opmerkingen. Alsof ik bang ben voor de waarheid. Bovendien ben ik geen interessant studieobject voor psychologen. De analyse heb ik namelijk zelf al gemaakt. Of misschien daarom: net wel? Soms verlang ik naar de ultieme onbezonnenheid, terwijl ik ergens ook besef dat die vergevorderde dromer in mij de moeite waard is om te blijven koesteren. Al vergaloppeer ik me soms dramatisch, wentel me een ongeluk in dat gevoel, in plaats als een bewust mens wakker te liggen van wereldproblematieken of de crisis. En dan vervloek ik mezelf niet vaker te reizen, weg te zijn, voluit te gaan, wat meer te leven in plaats van te denken. Maar ineens is er weer dat besef: dat dat ingewikkelde hoofd van me er altijd zal zijn, waarheen ik ook vlucht. Dat elk desolaat landschap wereldwijd zal worden ingevuld door wondere parels van gedachtes of ruwe inzichten. Dat het dus ook al de moeite loont te verdwalen in het uitzicht vanuit het dichtstbijzijnde raam, in beelden uit een museum of in rondwarrelende dagdromen. Zo onbenoembaar soms, als was het pure poëzie. En dan, cher lecteur, is die semi-treurnis van me een waarachtig mooi cadeau.